15 oktober 2007

Hou van uw bibliotheek!



Het gebeurt niet vaak, maar dit weekend was het goed raak! De Standaard pakte uit met een heus twee-paginartikel over jawel...de bibliotheek. Aanleiding vormt de imagocampagne van de Vlaamse bibliotheeksector en de voorstelling van o.a. het nieuwe logo met bijbehorende slagzin 'De bib. Het leven van a tot z' aan het publiek.

Volgens DS moeten we de bieb niet alleen handig vinden, maar ook een tikkeltje 'opwindend'. Wat ik me hierbij moet voorstellen is niet helemaal duidelijk voor mij. Moeten bibliotheekmedewerkers zich nu wat sexier uitdossen voor de 'klant'? Moet het aanbod wat pikanter? Andere conclusie van de krant: "veel Vlamingen hebben positieve gevoelens over hun bib, maar geen affectieve". Mm, ik vraag me af hoeveel medewerkers zitten te wachten op een knuffel van hun 'gebruikers'? Neen, alle gekheid op een stokje. De bibliotheek kan wel wat 'schwung' gebruiken. Zelf had ik voor Bibliotheekblad onlangs een gesprek met een zestal jongeren tussen 15 en 17 over de openbare bibliotheek. Ook zij kampen met een lichtjes verouderd beeld van de bieb. Enkele voorbeelden van uitspraken wil ik u echt niet onthouden...

Een bibliothecaris is...

Iemand – niet grof bedoeld of zo – die thuis stilte wil en alleen maar muziek van Klara wil horen. En overdreven veel boeken leest.

...zeer rustige mensen. Ze doen alles op hun gemak...
Ze hebben ook meestal een brilletje.

Als ik het woord bibliothecaris hoor, denk ik aan een man met een oude, stoffige jas die in een kamertje zit omringd door boeken. Ik heb nu wel een vriendin die in een bibliotheek werkt en dat beeld verandert nu wel.

Toch zien zij de toekomst hoopvol in:

"De bibliotheek zal sowieso blijven. Waar moet je anders boeken vinden? Je kan ze wel afprinten van internet, maar dat is toch niet hetzelfde?"

Zelf had ik het niet beter kunnen verwoorden...






1 opmerking:

  1. Grappig, die opmerkingen over bibliothecarissen. Maar als ik Bib'aris was, zou alvast de opmerking over stilte en muziek kloppen: ik hou ervan om op vrije dagen in stilte, of met enige klassieke muziek, bezig te zijn met mijn boeken.
    Zelf schrijf ik af en toe een gedicht, en liefst in mijn voorvaderlijk dialect, dat ik niet meer in praktijk breng wegens dertig jaar van huis weg.
    Groeten, Oud Herk

    BeantwoordenVerwijderen